Ik ben Peter en ik ben verslaafd.
Het is negen jaar geleden als ik mijn Yamaha fs1 op zijn standaard zet bij mijn middelbare school in Rotterdam en een reclameposter zie hangen van de film “The Motorcycle diaries”. Ik zie Ché Guevara aan het stuur van een Norton en Alberto Granado met uitgespreide armen achterop zitten. De plaat pakt in één keer het gevoel dat ik al die tijd ervoer op mijn brommer. Een combinatie van opwinding en rust. Volledig opgegaan in mijn omgeving, verwateren alle zorgen. Ik rij niet meer op een apparaat, het apparaat is een verlengde van mijn bestaan. Ik ben één met de mechaniek, een klapband voelt als een verzwikte enkel en een gebroken koppelingskabel als een gescheurde pees.
De film maakt zo’n grote indruk op mij dat ik school laat voor wat het is en al mijn tijd stop in het werkelijk maken van mijn droom om mijn eigen reis te maken op mijn eigen Pederosa. Het is het begin van het einde. Een ongekende obsessie zonder berouw die zich elk jaar herhaalt, vanaf het moment dat ik mijn Transalp op de stoep parkeer als ik zojuist ben thuis gekomen van een epische reis. Diezelfde dag nog worden mijn pijlen gericht op de volgende tocht. Er volgt een jaar van zwoegen, reisverslagen lezen en filmpjes kijken van andere patiënten. De wanhoop is vaak nabij.
Gelukkig weet ik in de afgelopen jaren aardig om te gaan met mijn ziekte. De vondst van metgezellen heeft mij goed geholpen. Om de maand moet er gekampeerd worden, of er nu sneeuw ligt, het -5° is of het met bakken uit de hemel komt. Tot dat moment zijn wij een bende hongerige wolven. We grommen en blaffen. Felle discussies volgen. Waar gaan we heen? Wat nemen we mee? Het gaat er soms heftig aan toe tot het moment dat iedereen na twaalf uur ongestoorde slaap wakker wordt in foetushouding in onze tentjes in de frisse natuur. Plots is het stil, enkel nog het geluid van het opsteken van een sigaret, een benzinebrander die water voor de koffie opwarmt en het kraken van onze campingstoeltjes. We pakken onze spullen in, stappen ongewassen op de motor en in formatie vliegen we door ongekende landschappen tot onze volgende stek.
Geërgerd hoorde ik de bioscoopzaal grinniken op het moment dat Alberto Granado een traantje weg pinkt naast La Poderosa. Hij neemt afscheid van zijn Norton, uitgebloed en verminkt. Samen met Ché vervolgt hij de reis, die hen zo vormde, liftend en per voet. Mijn reizen hebben mij ook gevormd, wellicht niet tot een symbolische guerrilla strijder, maar zij vormen wel een bron van zelfbezinning. Ik ben verslaafd, ik hou te veel van mijn motor met wie ik bijna heel Europa veroverd heb en ik ben nog lang niet klaar.
Stuur me gerust een mail naar peter [at] motoravonturist.nl
Peter,
Ik ben blij dat ik diebanden aan jullie heb verkocht, anders had ik misschien deze website nooit getroffen! Erg leuk, filosofisch van een ongekend hoog nivo, erg motiverend en ik ben ontzettend wat jullie allemaal gaan meemaken en ‘publiceren’.
Hartelijke groet,
BartGS (uit Maaskantje, jonguh!!)