Hoewel het einde van onze reis in zicht is, genieten we nog van elke seconde dat we onderweg zijn. Na zeventien dagen rijden begeven we ons in het midden van Roemenië, een land dat ons beiden blijft verbazen. Wel neemt de vermoeidheid toe. Vooral door alle indrukken die we continu opdoen en moeten verwerken. ’s Nachts hebben we dan ook de meest idiote dromen. Onderhand lijken er ook steeds minder indrukken bij te passen en moeten we ons steeds meer inspannen om niet half verdoofd kilometer na kilometer door te kachelen, zonder te blijven beseffen waar we zijn.
We rijden op het platteland en kleine Roemeense dorpjes gaan aan ons voorbij. De dorpjes ogen erg simpel, door de enorme leegte en de breedte van het straatprofiel. Je zou het bevrijdend kunnen zien vergeleken met het Hollandse profiel dat tot in de detail is ingevuld met voortuintjes, heggen, voetpaden, fietspaden, parkeervakken vol auto’s, rijstroken en een middenberm met een lantaarnpaal. In Roemenië is het vaak één grote groene grasvlakte met huizen, die op ruime afstand van de weg staan. Hoewel dit een armoediger overkomen lijkt te hebben, wordt dat volledig goed gemaakt door de variërende Roemeense gevelarchitectuur. Hoe dichter we het stedelijk gebied weer naderen, hoe rijker de gevels vormgegeven zijn.
De overgang van platteland naar stad is erg fascinerend. Het ene moment halen we op grauwe landweggetjes families op paard en wagen in. Het andere moment rijden we door een moderne stad rijk aan cultuur en vol hippe mensen. Maar dat is vooral met slaapplekken zoeken heel erg fijn, want met slecht weer zit je zo in een hotel dat met ons budget prima te betalen valt en als de zon schijnt en we ons nog aardig schoon voelen slapen we op de meest indrukwekkende plekken in de wilde natuur. En dat laatste gaat onze voorkeur ook naar uit, want het gevoel dat je als een echte ontdekkingsreiziger op pad bent is dan het sterkst. Soms is het alleen niet even gemakkelijk om direct die indrukwekkende plek te vinden.
De zon gaat al onder als Pim en ik met onze motoren vaststaan in een drassig veld. We konden nergens een goede plek vinden die makkelijk bereikbaar en uit het zicht was. Tot we eindelijk langs een heuvelachtig veld kwamen met een bomenrij in de verte. “Een mooie plek om onze tent achter te zetten”, dachten we. Maar om daar te komen, moesten we door een greppel heen. Waar Pim volgas doorheen vliegt, twijfel ik een moment en kom vast te zitten. Ik word sacherijnig, want ik zag bij voorbaat niet echt heil in deze plek. Maar het zijn mijn rijkunsten waar het aan schort dat het geen succesvolle wild kampeerplek is. Met de zon die richting horizon kruipt, raakt de sfeer een dieptepunt en kost het moeite ons hoofd erbij te houden, want alleen samen redden wij ons uit deze situatie. Terwijl we in het zweet baden en met onze enkels in de blubber staan, leggen we de motor op zijn zij en trekken hem vloekend uit de greppel. We besluiten verder te kijken naar een top van een heuvel die volgens de Garmin niet ver van ons vandaan is. Alleen komt nu ook Pim vast te zitten en in alle haast trekken we snel ook zijn machine los. Met nog maar een half uur te gaan voor het donker is, rijden we volgas weg. We rijden door een klein dorpje en er is veel volk op straat. We worden met verbazing aangegaapt. Het dorpje ligt tegen de heuvel aan en het is voor hun dan ook duidelijk hoorbaar dat onze motoren niet ver van hun vandaan stoppen. We staan nog maar net bij te komen en voldaan te genieten van de geschikte plek en uitzicht als we bezoek krijgen van enkele jonge mannen. Ze vertellen dat we moeten oppassen, want niet lang geleden zijn toeristen die bij een boer mochten kamperen ’s nachts beroofd…
De volgende morgen worden we verschrikt wakker van hondengeblaf en het geklingel van bellen. De hond staat vlak naast mijn tent en ik hoor een man in mijn richting lopen. Ik lig verstijfd in mijn slaapzak en hoor enkel venijnige woorden die ik niet versta en voetstappen die nu echt dichtbij zijn. Maar dan slaakt de hond piepend uit hoor de man weer weg lopen. Ik kruip mijn tent uit en zie een schapenherder met zijn kudde. Hij kijkt mij aan alsof ik van Mars kom, maar onvriendelijk is die niet. Een tijdje staat die zelfs bij ons. Hij zwijgt en kijkt enkel naar onze motoren.
Enkele jaren voor deze reis is mijn broer in Roemenië met een vrijwilligersorganisatie op een bouwproject. Hij helpt mee met het restaureren van een oude school, die wordt geleid door een groep nonnen. Ik heb foto’s van dat bouwproject meegekregen om bij een bezoek aan de nonnen te laten zien. Wat daar verder uit voort zou vloeien, liet ik over aan toeval. Inmiddels zijn we in het noorden bij de Grens met Oekraïne en volgen de borden naar een klooster. Maar eenmaal het kloosterterrein opgereden, blijken we bij het verkeerde klooster te zijn. Toch mogen we aanschuiven in de eetzaal en krijgen we direct een bord warm eten met een glas wijn opgediend. De gastvrijheid overvalt ons een beetje.
Na de maaltijd stappen we weer op en rijden door naar de stad Rădăuți, waar we dan toch aankloppen bij het juiste hek. Een vrouw, die geen non is, komt spitsig op ons afgelopen. “What do you guys want?! Why are you here?!”. Ik geef de foto’s aan de vrouw en leg het verhaal uit van mijn broer. Ze roept haar vriendin erbij, die wel non is, en bekijken samen de foto’s aandachtig. Ze herkennen enkele nonnen en al snel is het ijs gebroken. Niet veel later krijgen we een rondleiding door de stad , wordt er voor eten gezorgd en mogen we slapen in de school.
Als we in het knutsellokaal tussen bergen speelgoed en muziekinstrumenten op ons luchtbedje liggen, realiseren we pas hoe idioot het eigenlijk is waar we nu weer slapen. Iedere nacht in Roemenië is tot nu toe een klein avontuur op zich geweest. Of we nu in een hotel sliepen of in de wilde natuur. We praten nog wat verder en het onderwerp alleen reizen komt ter sprake. Ik ben al eens een maand alleen op reis geweest met de motor en dat beviel mij wel. Het gevoel helemaal alleen op pad te zijn in een ver land kan soms wat beklemmend voelen, maar daar haal je juist enorm veel zelfvertrouwen uit. Dat gevoel willen we eigenlijk deze reis ook nog een keer ervaren en daarom besluiten we de volgende dag onze eigen weg te gaan en elkaar in Oekraïne weer te zien.
[Deel 1] Nederland > Slovenië | [Deel 2] Slovenië > Kroatië | [Deel 3] Kroatië > Bosnië | [Deel 4] Bosnië > Servië | [Deel 5] Servië > Roemenië | [Deel 6] Roemenië | [Deel 7] Roemenië > Oekraïne | [Deel 8] Oekraïne > Nederland
Ja! en verder?
Slot van dit reisverslag wordt mijn volgende artikel ;). Geef het een week of twee…