Afgelopen Pasen was mijn eerste meerdaagse trip met de motor sinds terugkomst van mijn wereldreis. Ik keek ontzettend uit naar deze motortrip met Daniel, Janus en Henk, want de 10 maanden dat ik weer thuis ben waren niet geheel onbewogen. Platzak thuisgekomen, trok ik weer in bij mijn ouders. Wat best gek is na 10 jaar lang op mij zelf te hebben gewoond. Ze hadden net een oude boerderij gekocht en zo viel ik meteen in een grote verhuizing. Met geluk vond ik mijn droombaan, stedenbouwkundig ontwerper. Maar rustig wennen was er niet bij. In diezelfde periode ging het hard achteruit met mijn opa en oma, die nog zelfstandig leefden in een huis iets verderop. Vaak ging ‘s nachts de telefoon en moesten mijn ouders te hulp schieten. Na een maandenlange heftige periode komen ze beiden twee dagen van elkaar te overlijden.
Niet veel later krijg ik een vervelend bericht uit Australië. De laatste 2 maanden van mijn reis was ik knecht van de schapenboer Peter Johnson. Deze 70 jarige kettingroker wilde niet stoppen met werken en net als zijn vrienden dronken op de bank voor de tv eindigen. Voordat ik geplaatst werd op één van de boerderijen die hij managede, werd ik meerdere keren gewaarschuwd voor zijn moeilijke omgang. Maar na altijd hard te lachen om zijn absurd botte uitspraken, kreeg ik een hele andere kant te zien.
Hij had een grote mond, maar een heel klein hart. We werden goede vrienden en elke dag pisten we zowat in onze broek van het lachen. Het roken begon zijn tol te eisen, vaak moest ik in alle haast zijn puffer uit de ‘Landy’ halen als hij het weer benauwd kreeg. Vlak na het overlijden van mijn grootouders krijg ik een mailtje dat Peter Johnson een black-out heeft gekregen tijdens een autorit, het eenzijdig ongeluk dat volgde werd hem fataal. Terugdenken aan de reis werd door alle gebeurtenissen soms wat overschaduwd. Pasen kwam dus als geroepen om al motorrijdend de gedachtes op een rijtje te zetten.
Het is donderdagavond als we vanuit werk richting het verre zuiden rijden om bij Domien elkaar te treffen. Hij kan zelf niet mee, want zijn vrouw kan elk moment bevallen van zijn tweede kind. De tijden veranderen hard binnen onze club. Terwijl wij opwarmen bij de haard krijg ik eindelijk het koopcontract gemaild van mijn eigen huis en ga ik het weekend in als toekomstig huiseigenaar. Loop ik als hippie wereldreiziger weer een stapje minder ver achter op de rest. Nu we bijna allemaal de 30 zijn ingegaan, gaan de gesprekken wellicht meer over hypotheken en trouwen. Wat misschien ergens op lijkt, maar eigenlijk hebben we allemaal geen idee en doen we maar wat.
Als ik rustig in het gras een biertje drink op de camping valt het Daniel opeens op dat ik een beginnend kale plek op mijn achterhoofd heb. Vanaf dat moment wordt er bij elk stoplicht naar mij geroepen als een kale man voorbijgaat op straat. Beschaafde omgangsvormen kennen geen plek binnen onze club. Tijdens ons samenzijn wordt juist hard afgereageerd op het dagelijkse verwachte stramien van fatsoenlijk gedrag. Dat kale plekje stelt weinig voor in vergelijking met Janus en zijn ego (die nog groter is dan zijn vatsige schouders), Daniel past zo bij de partij van de ChristenUnie (op dat gedeelte van god na) en Henk heet eigenlijk geen Henk, maar die zijn we zo gaan noemen omdat het echt een Henk is als hij dronken naast je zit bij een kampvuur en zijn mond maar niet houdt.
Het is maar goed dus dat we in de Vogezen in Frankrijk zijn en niemand ons kan verstaan. Al beginnen we er steeds meer aan te twijfelen… of we wel echt in Frankrijk zijn. Alle campinglui om ons heen zijn Duitsers in stacaravans die zonder waarschuwing in hun onverstaanbare Duitse dialect een heel verhaal tegen je beginnen. Als we onze tenten opzetten op een compleet leeg veld met bomen, komt de Duitse campinguitbaatster met de auto aangescheurd om ons te bevelen één van onze vier tenten, die een halve meter over de grens van ons betaalde kavel staat, te verplaatsen.
We doen er alles aan om in bourgondische Franse sferen te blijven. ‘s Ochtends wordt rustig de tijd genomen voor zelfgemaakte koffie en ‘s avonds staat confit de canard op menu.
Helaas blijkt het weer weinig bourgondisch. De tweede helft van de trip is het flink afzien. De mooie uitzichten op de passen verhullen zich achter donkere wolken. Kou, hagel en bakken met regen doet ons bibberend op de motor verlangen naar een warme douche. Mijn motorlaarzen zijn versleten en de hele dag rij ik met een natte rechter voet. Laat maar… we pakken wel een hotel. Toch is ons weekend niet verpest, mentaal kunnen we er weer tegen aan en met een leeg hoofd komen we thuis.
Hoogtijd dat janus kaal wordt