Praktische tips voor de doorrijder

Het donker wint ruimschoots van het daglicht, de ochtendstond begint zachtjes te knabbelen aan je vingers, het aantal zwaaibewegingen wordt stilaan gedecimeerd… Inderdaad, het leukste motorseizoen van het jaar staat alweer voor de deur: de winter! Want een beetje winter is natuurlijk geen reden om je geliefde tweewieler maandenlang op stal te laten staan. Wij geven alvast enkele tips op een succesvolle winterervaring.

Vergeet poetsen

Wat je beter niet kan doen, is je fiets minutieus onderhouden. Toch niet wat het rijwielgedeelte betreft. Laat die vette kliederboel maar lekker zitten, waar vuil en vet zit kan immers moeilijk pekel en roest aan. Zorg dus vooral voor een lekker vette motor, de vieze laag zorgt voor bescherming tegen roest en corrosie. Smeer of spuit vaseline of tectyl op kritieke punten, zoals de bouten van je wielassen of andere corrosiegevoelige punten. Beter nog begin je, voor alle zekerheid, in het voorjaar alvast met het opbouwen van een goede beschermende laag vettigheid en aanklevend vuil.

Verwarm je handen

Je handen zitten het minst beschermd op de motor en krijgen de volle laag van de wind te verwerken. Bij 0 graden aan 120 km/u krijgen ze al diepvriestemperaturen te verwerken. Je hebt verschillende opties om bevroren handjes tegen te gaan:

• Winterhandschoenen: Ik ben erg fan van de exemplaren waarmee je twee vingers bij elkaar houdt (het zogenaamde lobster-model). Deze zijn warmer dan handschoenen met losse vingers.
• Zorg voor een setje handkappen, een eerste upgrade bovenop de winterhandschoenen. Zij houden de koude wind alvast weg van je vingertoppen. Bekijk even op voorhand in welke positie ze het best de wind van je vingers weghouden.
• Beter nog is handvatverwarming: eens je hiervan hebt geproefd wil je nooit nog op pad zonder. Deze serieuze motorupgrade voor de doorrijder maakt een groot verschil en je kunt stukken langer doorrijden.
• Verwarmde handschoenen zijn het summum van comfort in de winter. Je zit wel vast aan je motor met een draadje, maar we zitten toch al vast aan onze motoren door onze obsessie. Er zijn ook handschoenen met kleine accu’s, dan heb je geen draadje meer. Daniël rijdt zelf nu al vijf jaar met verwarmde Gerbings en kan bevestigen dat deze handschoenen het verschil maken tussen ‘overleven’ en ‘comfortabel rijden’. Een must voor iedere winterbikkel.

Voorzie strooizout

Voor de echte doorrijder is de strooiwagen het biertje dat je nog krijgt na sluitingstijd: zij zorgen er immers voor dat je die dag toch kan rijden. Zorg er voor dat je niet beteuterd staat te kijken naar de kurkdroge straat terwijl jouw oprit gladder is dan de betere skipiste. Voorzie dus een zak strooizout zodat je veilig de weg kan bereiken.

Zet je wekker tien minuten vroeger

Aangevroren mist kan voor een motor gevaarlijk zijn, zeker op vlak asfalt. Vertrek tien minuten vroeger zodat je niet als Rossi naar je werk moet scheuren maar je bocht rustig kan nemen als een natte dweil. Laat even je voet over het wegdek schrapen om de gladheid hiervan in te schatten.

Let extra op bij de klassieke kritieke punten: op- en afritten, bruggen, witte strepen, … Deze zijn sneller onderkoeld en bieden dus meer kans op gladheid.

Ban de wind

Net zoals voor je handen is windchill je lichaams grootste vijand in de winter. Een softshell kan in sommige gevallen beter helpen dan je wintervoering. Je wintervoering is wel warmer, maar de gevoelstemperatuur wanneer de wind door je jas sijpelt will kill ya. Een goede softshell houdt alle wind tegen en houdt je dus echt wel warmer. Bij een ritje op de snelweg bij 5 graden zit je al op een gevoelstemperatuur van -4°C. Een snelwegritje bij temperaturen rond het vriespunt levert je al een gevoel van -12°C op. De wind van je bleke wintervelletje houden heeft dus alle prioriteit.

De inmiddels erg modieuze donsjasjes zijn een goede softshell keuze voor onder je jas. Let hier wel bij op dat je een winddicht model neemt én vooral geen dons, maar een synthetische vulling, zoals primaloft. Water vindt uiteindelijk altijd een weg onder je motorkleding (hals & handen). Nat dons gaat stinken, droogt slecht en gaat aan elkaar plakken, met synthetisch materiaal heb je dat probleem niet.

Een buff is onmisbaar. Zorg voor een exemplaar dat je neus en mond kan bedekken, zodat je eigen adem je gezicht kan verwarmen tijdens de rit. Tanden poetsen en de avond daarvoor geen look eten wordt aangeraden. Er bestaan ook buffs met een fijne fleece-gevoerde versie. Dat ding is briljant voor de extra koude dagen.

Denk aan banden met een zachte compound

Misschien is de winter toch niet het moment om een 10 jaar oude tweedehands Mitas band uit te testen. Winterbanden zijn helaas niet alom vertegenwoordigd in het motorwereldje, al zijn er wel enkele te vinden. Ik heb goede ervaringen met de Heidenau K60 mud and snow. Zorg anders voor een band met een goed gevuld profiel.

Door je bandenspanning met twee tot drie tiende bar te verlagen vergroot je de rolweerstand en zal de band zelf beter opwarmen, wat ook weer in meer grip resulteert.

Even doorspoelen

20 kilometer achter een strooiwagen gereden? Geen probleem, maar het wordt dan wel aangeraden om even met lauw water het zout van je fiets te spoelen. Gebruik zeker geen warm water, dat versnelt het oxidatie proces! Wanneer je achter een strooiwagen rijdt, hou er dan even rekening mee dat de eerste vijf minuten het wegdek gladder wordt dan ooit tevoren, alvorens het smeltproces begint.

Wil je liever geen pekel op je nieuwe glimmende fiets, kan je altijd nog een oude getrouwe aanschaffen voor enkele honderden euro’s als pekelfiets. Die koop je in het najaar voor een prikje en verkoop je weer in het voorjaar (dé moment om een motor te verkopen) voor hetzelfde prikje.

“Verse sneeuw is lijm”

Door verse sneeuw kan je prima rijden, die plakt altijd goed aan de rijweg. Het enige dat sneeuwbuien echt gevaarlijk maakt is het zicht dat belemmerd wordt door plakkende sneeuw aan je vizier. Let goed op dat je niet in vroegere sporen rijdt, maar netjes in de verse sneeuw blijft. In de sporen heb je veel kans op ‘black ice’, en dat wil je liever niet onder je wielen. Je wielen vinden dat dan ook niet leuk, ze haten het zo erg dat ze er spontaan door van de grond gaan.

Hou hem warm

En dan hebben we het niet alleen over die kleine slurf van je  maar vooral over je motor. Daar zit namelijk een batterij in, en die batterij heeft bij 0°C nog maximaal 80% van haar capaciteit over. Bij -10°C is dat al maar 60% meer. Bovendien heb je last van sneeuwballen als je op een bevroren motor kruipt. Zet hem dus even op een iets warmere plaats, zodat je ‘s morgens meteen en warm kan wegrijden.

Denk aan je kledij

Zorg dat je kleding goed in orde is. Niet alleen vriest het wel eens, de winter is ook vooral heel erg nat. Er is niets dat harder de moraal om zeep helpt dan een koud, nat pak. Enkele tips voor je kledij:

• Een goed regenpak is onmisbaar, zeker met de koude natte winters die we in ons klimaat meemaken.
• Pinlock: als je nog geen pinlock hebt in je helm, wil je er nu een. Tenzij je graag elke ochtend met je vizier open de vrieskou wil induiken, omdat het anders aandampt. Ik heb het zeven jaar gedaan, zeven verloren jaren van mijn leven.
• Zorg dat datzelfde vizier steeds netjes is. Een vuil vizier, opgedroogd pekelwater en een laagstaande zon: Je beeld zal meer verstrooid zijn dan professor Gobelijn.
• Ben je krap bij kas? Dan hebben wij nog een leuke how-to gevonden hoe je zelf een verwarmde vest kan maken.

Upgrade je motorfiets

Niet alleen je kledij, maar ook je fiets verdient kleine upgrades.

• Als je toch een pekelfiets zoekt, koop er dan eentje met ABS. Dat geeft heel wat extra vertrouwen.
• Zorg dat je opvalt, automobilisten verwachten immers geen motorrijders meer. Dat kan door een fluorescerende helm aan te schaffen, of door je verlichting aan te passen. Een gele koplamp, extra spots of ledlampjes maken je zichtbaarder in de donkerste maanden.

Tot slot: Geniet!

Want niets is mooier dan ‘s morgens naar je werk rijden door een bevroren landschap. Die brug nemen over de rivier die volgesluierd met mist ontwaakt. De zon die schuchter het winterlandschap verlicht. De koude wind die je neusvocht langzaam kristalliseert. Een mens zou van minder lyrisch worden.